zaterdag 22 mei 2021

Het onbekende

 

Wanneer een astronaut vanuit de ruimte de Aarde ziet, kan het haast niet anders dat hij vol bewondering naar de planeet kijkt. Daar is het waar hij met heimwee naar verlangt om terug te komen, om in één oogopslag de hele wereld te zien, daar is hun moeder; moeder Aarde. De astronaut is een wetenschapper die de geheimen van het heelal wil ontrafelen, de plek die onze Aarde in het heelal inneemt is in het geheel gezien  onbeduidend, maar voor het kloppende hart van de astronaut de enige plek waar hij naar terug verlangt. Ik hoorde iemand vertellen dat ze naar de Aarde wil kijken, als de plek om te willen zijn en daarbij naar de wereld te kijken met de ogen van een astronaut. Daarbij hoef je niet in de ruimte te zijn, om met de ogen van een astronaut met beide voeten op de aarde te staan, kan je je ook verwonderen. 

Zo had ik me gisteren op een stoel genesteld, met uitzicht op één van de nestkastjes die ik dit jaar nieuw heb opgehangen. Dit kastje wordt bezet door een paartje Pimpelmezen. Ze hebben jongen, want beide vogels vliegen af en aan en floepen door het kleine vlieggatje met zo’n gemak, dat ze haast met volle snelheid erop aan kunnen vliegen. Ik vraag me af hoe die vogels dit met elkaar hebben afgesproken, want ze geven al hun tijd en energie om een aantal jongen te verzorgen, niet alleen door ze constant voer te brengen, maar ook het nest schoon te houden. Elke keer is er wel één van de jongen die zijn poep in een vliesje verpakt met het kontje naar boven gericht aan één van de ouders aanbiedt en deze het aanpakt en naar buiten brengt. Zo blijft het nestje schoon en de jongen worden goed gevoed. Wisselen de oudervogeltjes elkaar ook uit waar ze het eten kunnen halen, want ik ze beide telkens van de zelfde kant komen. Wat bezield een vogeltje om zoveel toewijding gedurende ruim een maand aan zijn nageslacht te besteden. Een riskante onderneming, want er loeren overal gevaren. Een bonte specht kan de jongen roven uit een kastje door een gat te beitelen ter hoogte van het nestje en de jongen buit te maken, de ouders zelf worden door de Sperwer gewild en die zal geen kans voorbij laten gaan de drukke vogeltjes te overrompelen. Met dat alles doen de vogel alles wat in hun vermogen ligt, met zo’n toewijding dat het haast wel met wilskracht gedaan moet worden. Dat kunnen we niet enkel wegzetten als een instinct, wat op zich een heel goed systeem is, maar waar wij toch de neiging bij hebben er op neer te kijken. Ik houdt de mogelijkheid open dat de vogels van dit kastje afspraken met elkaar hebben gemaakt en samen overeen gekomen zijn een nestje groot te gaan brengen, zoals wij ook een gezin willen als we een partner hebben gevonden. Zo zat ik op de stoel naar het kastje en de bewegingen van deze Pimpels te kijken en besefte me weer dat van een afstand bekeken er vele vragen opkomen en door onbekende te bevragen, op andere vragen kom en me dan op wegen begeef die weer een ander uitzicht te bieden hebben. Zo leer ik deze week iets van een astronaut en van een paartje Pimpelmezen.

zaterdag 15 mei 2021

Andersom

 

Het is zo’n twee jaar geleden dat René me naar Nijmegen zou rijden, toen we wreed werden opgehouden op de Drieërweg toen er een reekalf onder zijn auto kwam. Het dier was op slag dood en we legde het een stuk het bos in. De moeder zal ongetwijfeld op zoek zijn gaan naar haar jong en heeft dan de gelegenheid het te vinden, ook al is het voor haar een tragische vondst, maar ze kan dan weten dat ze niet verder hoeft te zoeken. Het idee heeft me aangegrepen en ik zag het voor me dat de geit het kalf vond en welke gevoelens er bij zo’n dier dan loskomen. Telkens als ik nu over dat weggedeelte rijdt komt dat ongeval me weer in gedachten. Het idee aan het tafereel van het moment dat de geit haar dode kalf vond, blijft me bij en roept gevoelens op die bij herhalen zich voordoen. Zoals de wetenschap dat een kalf direct bij de koe wordt weg gehaald, omdat wij de melk van de moeder willen, terwijl genegeerd wordt dat de loeiende moeder haar kalf roept die in een andere stal wordt ondergebracht. De eieren die in een broedmachine worden uitgebroed, waar het gepiep van de kuikens die om hun moeder roepen, onbeantwoord blijft. 

Het waren gedachten die meespeelden toen ik besloten had dat de eendenkuikens in de tuin nu groot genoeg waren om ze naar de polder te verhuizen. Goed voor de eenden om in hun normale habitat te zijn, maar zeker ook goed voor onze tuin en vijver die het zwaar te verduren hadden van de opgroeiende kuikens. Het water van de vijver raakte vervuild en de eendenkuikens vergrepen zich aan de vissen. De opkomende planten in de tuin werden door die platvoetjes platgetrapt, kortom hoog tijd de verhuisplannen uit te gaan voeren. Verschillende plannen om de eenden bij elkaar te krijgen en in een vervoerskooi te doen, liepen op niets uit. De moeder bleef buiten bereik en vloog telkens naar het dak van de schuur en haar had ik als eerste in de kooi nodig. Uit het nerveuze gepiep van de jongen en de reactie van de rusteloze moeder kon ik toch wel opmaken dat ze het ergens met elkaar over hadden. Verschillende pogingen mislukte en ik kwam op het punt dat ik de kuikens dan maar zonder moeder zou wegbrengen, want ze liet zich niet vangen, maar de kuikens waren wel met de hand te vangen. Het hele idee om de kuikens, die op zich zelfstandig genoeg zouden zijn om te overleven in de polder, maar het idee dat ze daar piepen om hun moeder die in de tuin is achtergebleven, vond ik niet acceptabel.  Uiteindelijk lukte het om het hele gezin in de schuur te krijgen, waar ik ze één voor één kon pakken en in de kooi kon stoppen, moeder eend als eerst.  Ik kon mijn geluk niet op toen ik de kooi in de polder open maakte en de eenden dicht tegen elkaar en tegen de moeder de sloot afzwommen, de wijde polder in. Zo had ik het gewild en zo vond het gelukkig uiteindelijk plaats. Net als verleden jaar … eend goed, al goed. Alhoewel nu de vijver in de tuin weer op orde krijgen die behoorlijk stinkt en waar alle vissen uit lijken te zijn verdwenen. Waar het zo vaak is dat de dieren zich naar ons moeten schikken, is het nu eens andersom gegaan. Ik heb er nog wel even werk aan.

 

zaterdag 8 mei 2021

God’s stem

 

Een collega raadde me een film aan om te gaan zien, “The Two Popes”. Hij prees de film om zijn goede dialogen tussen de paus en een Argentijnse bisschop. Ik had niet zo’n zin in een film met een katholieke inhoud, maar mijn collega bleef aandringen hem toch te gaan kijken. Paus Benedictus XIV, een paus van Duitse afkomst met de naam Ratzinger, kwam in contact met bisschop, Jorge Mario Bergoglio, die met zijn ontslagaanvraag bij de paus kwam, omdat tijdens de dictatuur in Argentinië hij fouten had gemaakt en niet langer het ambt in de katholieke kerk kon bekleden. De paus schoof telkens de papieren terzijde en die twee trokken een tijd met elkaar op en hadden met elkaar gesprekken met elkaar. De paus gaf aan dat hij wilde aftreden, wat ongebruikelijk is omdat een paus tot zijn dood het ambt heeft, waar de bisschop tegenin ging en de paus telkens weigerde om de ontslagpapieren van de bisschop te tekenen.   De gesprekken tussen die twee werden steeds openhartiger en de paus vertelde dat hij God al zo’n tijd niet meer gehoord had en zeker niet in de overweging om af te treden als Paus. Hij zei dat hij tot God bad en bad, maar enkel stilte kreeg, alles bleef stil, zei hij en keek toen de bisschop aan en zei, tot twee dagen terug toen jij kwam, God spreekt weer tot mij door jouw stem. Al was het om deze zin die daar zo openhartig werd uitgesproken, maakt het het waard dat ik deze twee uren durende film heb willen zien.  De paus trad af en trok zich terug in zijn zomerverblijf, een nieuwe paus werd gezocht en de Argentijnse bisschop was een kandidaat en de witte rook uit de schoorsteen kondigde uiteindelijk aan dat hij de nieuwe paus zou zijn, Jorge Mario Bergoglio, en verder ging onder de naam Paus Franciscus. De gesprekken tussen deze twee oude mannen hebben de weg vrijgemaakt voor de toekomst van de katholieke kerk…. Hoe waardevol kunnen zulke gesprekken zijn, die wij ook wekelijks met elkaar hebben, en waar we de stem van God in kunnen horen, als we door de stilte heen de stem weer terug herkennen. De paus luisterde en wist ook wanneer hij de stem niet hoorde, maar het weer hoorde toen het er ook weer was. Dat is misschien wel de gave van het luisteren.