maandag 10 november 2014

Goud randje


Er zijn van die momenten dat alles even klopt. Verleden week had ik twee van zulke momenten en ongetwijfeld zullen er in de loop van de tijd meer van zulke momenten zijn geweest, maar deze twee vielen mij in het bijzonder op. De eerste was toen ik in de dierentuin in Emmen in de vlindertuin was. De schuifdeuren naar het verblijf gingen open en ik wandelde het paradijsje binnen, waar het water zacht kabbelde en een veelheid aan vlinders en soorten vlinders rondvloog. Het is er warm en ik deed mijn jas uit. Ik zoek een bankje uit en ga er zitten terwijl de vlinders op hun tere vleugels om me heen vlogen. Er was een moment dat ik helemaal alleen in de tuin was, zonder geroezemoes van stemmen of opgewonden kreten van kinderen. Het was sowieso rustig in de dierentuin op deze door de weekse dag. Maar juist in dit stille eenzame moment, met zo’n duizend vlinders om me heen kwam er een gevoel van voldoening op een heftige manier over me. Ik zat in het epicentrum van rust en stilte.  Buiten deze bubbel van vrede en rust, woedt de wereld verder, verteld het nieuws hoe het er bij staat en dat is niet hoe we op ons best zijn. Maar daar met al die geruisloze vleugels en dansende lijfjes, was het goed, was het perfect. Ieder ziekenhuis zou een vlindertuin moeten hebben om daar de zieken weer doen laten geloven dat het goed kan gaan. Er vloog een vlinder vlak over mijn hand en ik voelde de luchtstroom op mijn huid. Het voelde als een aanraking een contact met een dier, een insect. Toen kwamen er weer mensen binnen en klonken er weer stemmen en ik genoot van hoe andere mensen er ook van genoten.

Het tweede moment was met de hond in het bos. Op mijn lange wandelingen neem ik in mijn rugtas, koffie en een paar boterhammen mee. Een klein opklapstoeltje dat in de tas past en een koekje voor de hond. Op een stil eenzaam paadje in het bos klapte ik mijn stoeltje op, schonk me een kop koffie in en de hond kreeg haar koekje. Gedachten komen en gaan en ik schenk me een tweede bakje in. De hond die meestal voor mijn voeten op de grond ligt, ging naast me zitten en leunde een beetje tegen me aan. De hond spitste de oren en had blijkbaar iets in de gaten. In een klein doorkijkje tussen de bomen door, kwam een vos aangelopen. De hond gromde zachtjes en samen keken we naar de vos die daar voorbij liep. De vos was ons niet gewaar en hij liep rustig door het bos en we keken hem na tot hij uit het gezicht verdween.  De hond en ik keken elkaar aan en toen weer naar de plek waar de vos gelopen had.  Zo’n moment met je dier, even dat innig contact, het elkaar lijken te begrijpen, dat is een momentje met een goud randje.


1 opmerking: