Het besluit is genomen, ik zeg het maar direct, wind er geen
doekjes om, zeg het nu recht voor zijn raap: ik kom uit de kast. Het is een
mooie kast en ik voelde me er erg comfortabel in. Uit de meeste kasten komen
lijken of mensen die voor hun sexuele geaardheid uit willen komen, maar ik stap
uit mijn kast met opgeheven hoofd en kom
er nu voor uit: ik ben een Land-art artist!
Zo dat is eruit, nou weten jullie het. Ik zeg het nog een keer: ik ben
een Land-art artist! Dat voelt goed. Een
kast is een eenrichtingsverkeer, eenmaal uit de kast is er geen weg terug.
Van de zomer ben ik er mee begonnen en het kreeg me danig te
pakken. Het begon met een paar keien die ik vond en daar mijn eerste
steenmannetje van maakte. Korte tijd later maakte ik de één na de andere en
allemaal op plekken die ik uitkoos als ik op mijn wandeling weer een stel
stenen had gevonden. De geschikte stenen zijn best spaarzaam en het kostte dan
ook de nodige moeite om er zoveel te vinden dat ik weer een steenmannetje
kon maken. De plek voor zo’n steenmannetje werd bepaald als ik genoeg stenen
ervoor had gevonden. Inmiddels heb ik meer dan honderd van die steenmannetjes
gemaakt, verspreidt over een groot gebied. Soms liep ik met handen vol stenen
door het bos. Zo maakte ik het bos en de heide tot een atelier en mijn
expositie ruimte. Het had me helemaal te pakken en ik zocht daarnaast andere
vormen van Land-art. Van witte kiezels
maakte ik spiralen, van los zand tekende ik geometrische figuren, legde takken
in de wiggen van bomen, deed het één en ander met dennenappels en legde eikels
in een driehoek vorm, en dat allemaal met materiaal dat ik in de directe
omgeving vond. Ik hoopte daarmee een wandelaar te verrassen. Al deze dingen
deed ik in het geheim, ik wilde dat het anoniem bleef en wilde niet gezien
worden als ik het maakte. Dat is me gelukt, nooit heeft iemand me bezig gezien
toen ik het maakte. Tot op een morgen ik in het bos bij Drie langs het pad bezig was met
een ornament met eikels en dat vergde nogal wat tijd. Toen ik bijna klaar was
kwamen er twee wandelaars het pad op en zagen mij bezig. Dat is de eerste keer
dat ik ‘betrapt’ werd. Het waren verdwaalde wandelaars en ze vroegen mij de
weg, zonder aandacht te hebben waar ik mee bezig was. Toen één van de twee naar
mijn kunststukje wees en er naar vroeg, bleef de andere nadrukkelijk met zijn
rug ernaar toe staan. Maar omdat het gesprekje er nu over ging, draaide hij zich om en was bereid om er even
naar te kijken, maar eerst verzekerde hij mij dat hij het niet wilde kopen. Tot
twee keer zei hij: "Ik koop het niet hoor! Ik koop het niet!" Verbaasd staarde ik de man aan, alsof dat
mijn bedoeling zou zijn. Dat is nou de aardigheid van dat Land-art, het ligt er
voor de mooi, het is daar om te verrassen. Een kleine verstoring en het valt
uit elkaar en is er niet meer. Een paar
dagen later kwam ik weer langs dat ornamentje en de varkens hadden de eikels
eruit opgegeten. Zo gaat dat, het is er
en zo is het ook weer verdwenen. Dat is nou Land-art, een bezigheid die ik
tijdens het wandelen doe, telkens op zoek naar iets om er wat van te maken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten