woensdag 30 oktober 2024

Moeder

Het woord heeft al een warme klank: Moeder. De laatste levensjaren van haar, mijn moeder, bezocht ik haar elke avond om even een kopje thee met haar te drinken en naar het spelprogramma Lingo re kijken. Ze is op een lentedag in mei overleden, zacht in haar slaap. We hebben haar aan de Aarde toevertrouwd in het graf waar ook mijn vader ligt. Vijf jaar waren ze van elkaar gescheiden geweest en nu voor altijd  in de Aarde opgeborgen, met de gedachte dat ze elkaar weer in de Hemel zullen zien. Hemel en Aarde verbonden in het leven van mijn ouders.  

De Aarde wordt ook Moeder genoemd: Moeder Aarde. Al het leven, van plant, mens en dier, heeft een moeder. God verwekte het leven, maar de moeder bracht het voort, koestert en voedt het. Door zaden  voortgebracht uit bloemen, door eieren warm gekoesterd in een nest, door jong leven gevormd en gedragen in een lichaam. Moeder Aarde. Brengt wonder op wonder in de diepte van de zeeën, hoogte en laagte bevat zij, de bodem met kiemkracht en houvast. De moeder van mijn en onze moeder. In ouderdom en wijsheid niet te evenaren. Een stralende bol die ronddraait in het universum. Geeft ons  een plek in het weidse heelal en de bodem waarop we lopen, het voedsel dat we eten en de lucht om te ademen.  Gedenk haar te eren.
Waar ik me niet vaak aan waag is een gedicht te schrijven, maar dan toch dit korte verhaaltje samengevat in dit gedicht:

 

Moeder

 warm van klank
Moeder
gekoesterd in haar lichaam
vormde tot wie ik ben.
gezorgd en gevoed
Moeder
zonder haar
geen mij
ik deel haar
met zussen en broer


Moeder Aarde
Moeder der moeders
bol van wonderen
door sprankelend leven omgeven
veelkleurig en weldadig
leven en leven voortbrengend
 ik deel haar
met jou en alles wat leeft.
Moeder
gedenk haar te eren.

zondag 20 oktober 2024

C/2023 A3

 Sta ik daar op de hei en kijk naar boven. Mijn blik gericht op de zuidwestelijke hemel. Een komeet C/2023 A3 (Tsuchinshan-Atlas) suist langs de Aarde en die wil ik graag zien. Een tijdelijke  verschijning die eens in de 80.000 jaar de Aarde passeert. En het zal weer tachtigduizend jaren duren voordat het weer langs de Aarde komt. Om kort te zijn heb ik de komeet niet gezien, of ik was te laat, want het was zichtbaar vlak na zonsondergang, of het was te bewolkt. Maar de wetenschap dat de ruimte zo groots is, dat zo’n komeet er een rondgang van zoveel jaren kan maken en dat met een aanzienlijke snelheid door het heelal schiet. Ik heb het dan niet buiten gezien, maar wel een foto, een stip met een lange sluier. De komeet is bijna 3 kilometer in diameter en zijn staart van stof en gassen strekt zich uit over tientallen miljoenen kilometers. Dat heb ik erover gelezen en dat weet ik ervan en wat zou ik het met eigen ogen gezien willen hebben. Maar het is al weer voorbij, het is weer uit het zicht van de Aarde.

Tachtigduizend jaar en een staart van miljoenen kilometers lang, dat is toch niet te bevatten voor een simpele ziel? Toch heeft deze simpele ziel er gedachten bij. Stel de komeet houdt het lang genoeg uit om de aarde nog eens te bezoeken, dat is dan weer over zovele jaren. Wij hebben een jaarteling die net een tweeduizend jaar bestrijkt, deze komeet gaat een veel en een veelvoud mee van onze jaartelling. We hebben niet echt een visitekaartje afgegeven, onze generatie heeft in de tweeduizend jaar niet bepaald een geschiedenis waar we trots op kunnen zijn, vol met oorlogen, vervuiling van het milieu, en uitroeiing van diersoorten. ( we zijn toch beter dan dat ??) Een buitenaards wezen zou toch niet een goede indruk van ons kunnen hebben. Nou is een komeet niet een buitenaards leven, maar een blok steen, een vuile sneeuwbal van gas en gesteente, maar toch, als hij om de 80.000 jaar langskomt is het nu de eerste keer dat het onze invloed  op deze planeet kan waarnemen. Hoe zal het de volgende 80.000 jaar neerkijken op de Aarde? Staat er dan ook een versie van ons op de hei en kijkt die op naar het heelal om de komeet voorbij te zien komen? Tachtigduizend jaar is een lange tijd, een tijd dat we het beter kunnen doen. Wie weet is dan onze planeet er beter aan toe. Wij zullen het niet meemaken, maar het ligt voor nu, wel in onze handen, of het zover kan komen.


zaterdag 12 oktober 2024

Wat zou het zijn?

 Het begon met zo’n mooi verhaal: Het paradijs. Alles was goed, zeer goed. Zie ons nu eens? Op het wereld toneel dreunt het van de bommen, maken we elkaar uit voor allerlei naars en toch lijkt het allemaal ver van ons bed. Onze politiek word bemenst door onkundige mensen die zich uitermate belachelijk maken met vreemde standpunten, waarbij de leugenachtigheid niet geschuwd wordt, maar die gek genoeg veel aanhang hebben. Wat krom is wordt recht gepraat en andersom. Elke keer lijken we verder van het paradijs af te komen. Daar waar de blauwdrukken liggen van hoe we kunnen zijn. Het ligt achter ons en de herinnering is vervaagd tot een kort verhaal in de geschriften van welke godsdienst dan ook. Maar als…als het paradijs nu eens niet alleen achter ons ligt, maar ook voor ons. Niet zozeer als een plek, niet ergens verstopt in het heelal, een hemel of een hiernamaals, niet verstopt in de gedrochten van de religie of een heilig boek, maar binnen handbereik.

 Ooit ontdekte we elektriciteit, als een energiebron om lichten mee te ontsteken, ovens te verwarmen, maar elektriciteit is niet uitgevonden, het was er altijd al. Mozes zou er gebruik van kunnen hebben maken, maar het was nog niet ontdekt en er waren nog geen toepassingen voor. Het is ook nog eens onzichtbaar, maar leg bedrading aan in het huis en stopcontacten, sluit het aan op het elektriciteitsnet en van alles is ermee te doen. Ons verhaal begint ook met iets wat nog niet is ontdekt, maar waar we wel het bestaan vermoeden. Een uitgangspunt een ijkpunt, wat we toen het paradijs noemde, maar we kennen er geen toepassingen voor bedenken. We hebben oorlogen uitgevonden en uitgevochten, wat ons niet menselijker maakte en waar we reden voor hebben ons voor elke oorlog te schamen. De oorlogen worden herdacht alsof de slachtoffers, de offers waren voor de vrijheid.  Oorlogsvoering lijkt op een vorm van godsdienst die grote offers eist en levens verachtende toewijding. Godsdiensten hebben zich tegen elkaar gericht, alsof één godsdienst het alleenrecht zou hebben op wat we God noemen. Doodlopende wegen. We hebben het vaker mis gehad in de geschiedenis en meer dan alles is vandaag de dag er het bewijs van. We lijken op elk gebied de plank mis te slaan en wat zou het zijn als we nu in al die chaos de weg naar het paradijs hervinden?