De koude wind en de regen van afgelopen dagen, trilt nog na in het bos. De paden zijn nat en doorweekt, plassen en stroken modder, die rul gereden door de banden van een auto van het toezicht dat hierlangs is gereden. Een aantal Roodborsten flankeren mijn route met hun parelende liedje, ik tel er negen langs de route die ik vanmorgen liep. Een Grote lijster zingt in de verte, maar goed hoorbaar, want hij heeft er een flink volume op. Een specht roffelt, mezen kwetteren en zij zijn het die zich wel even laten zien tussen de beuken takken en in de kroon van de Acacia, Pimpel en Koolmezen. De schrille roep van een Boomkruiper en het drukke gekwetter van de Boomklever. Een streep Ganzen komt over een paar Vlaamse gaaien vliegen van de ene naar de andere Krentenstruik. Sijsje vliegen in een dansende groep over en strijken neer met zijn allen in een Berk, waar ze dan bijna onzichtbaar in lijken te verdwijnen. Ik las dat de Sijsjes een edelsteentje meedragen, waardoor ze onzichtbaar kunnen worden en volgens mij hebben ze dat ook echt. Als je onder een Lariks of een berk, waar deze vogeltjes graag op foerageren, dan hebben ze blijkbaar hun edelsteentjes aangezet, want ondanks hun drukke geluidjes, zijn ze moeilijk te zien. Hier en daar zitten Merels in de blad laag te wroeten en keren de dorren bladeren om.
Slenterend over de paden van het bos en langs de hei gaat de weg weer terug naar huis. Een dagelijks ritueel, om de hond uit te laten. Hier en daar een stok oppakt en me vragend aankijkt of ik die voor haar wil weg gooien. De beide neuzen zijn weer fris als we weer thuiskomen, en waar een bak koffie wacht. Het is vaak hetzelfde rondje en dezelfde paden die we lopen, soms gaan we linksom en soms rechtsom, voor de variatie. Toch is het niet vervelend of saai, wat je zo oppervlakkig wel zou kunnen bedenken. We herhalen wat af elke dag, er gaat geen dag voorbij dat het koffiezetapparaat een paar bakken koffie klaarstoomt, het fornuis wordt elke dag wel een maal op bereidt, we slapen in hetzelfde bed, weten de weg in huis en komen overal waar we willen door dat we de weg weten, omdat we er waarschijnlijk wel vaker zijn geweest, en als ik ergens ben geweest, een winkel, kom ik er waarschijnlijk wel weer vaker. Klantvriendelijk is aardig, maar ook klanttrouw te zijn kan zoiets hebben. Ik vind het wel prettig dat de fietsenmaker me bij mijn naam noemt, ik kom er dan ook al jaren. Zo ook mijn vaste paden, het is mijn bos geworden, mijn hei en ik loop over mijn paden, niet als een eigendom, maar als een vertrouwdheid.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten